Mishandeling: het aan een ander toebrengen van lichamelijk letsel of pijn zonder dat daarvoor een rechtvaardigingsgrond bestaat. Geweldsdelict.
Mishandeling is één van de weinige strafbare feiten in ons Wetboek van Strafrecht waaraan de wetgever geen nadere invulling heeft gegeven. Onder mishandeling valt te verstaan: het aan een ander toebrengen van lichamelijk letsel of pijn zonder dat daarvoor een rechtvaardigingsgrond bestaat (HR 5 juli 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ6690, NJ 2011/466, m.nt. N. Keijzer) en onder omstandigheden ook het bij een ander teweegbrengen van min of meer hevige onlust veroorzakende gewaarwording in of aan het lichaam (HR 12 mei 2015, ECLI:NL:HR:2015:1237; HR 3 februari 2015, ECLI:NL:HR:2015:197 , NJ 2015/99 en HR 9 september 2014, ECLI:NL:HR:2014:2677, NJ 2014/402).
Mishandeling wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of een geldboete van de vierde categorie, welk maximum wordt verhoogd indien de mishandeling zwaar lichamelijk letsel (tot vier jaren) dan wel de dood (tot zes jaren) ten gevolge heeft.
De wetgever heeft in art. 300 lid 4 Sr daaraan toegevoegd dat met mishandeling wordt gelijkgesteld de opzettelijke benadeling van de gezondheid. Het brengen in een (tijdelijke) staat van bewusteloosheid of onmacht in bijzondere omstandigheden kan worden aangemerkt als opzettelijke benadeling van de gezondheid in de zin van art. 300 lid 4 Sr (HR 28 oktober 2014, ECLI:NL:HR:2014:3055, NJ 2014/501).
mr. S.E. van den Brink
Meer over S.E. van den Brink
mr. R. ter Haar
Meer over R. ter Haar
Mishandeling: het aan een ander toebrengen van lichamelijk letsel of pijn zonder dat daarvoor een rechtvaardigingsgrond bestaat. Geweldsdelict.
Mishandeling is één van de weinige strafbare feiten in ons Wetboek van Strafrecht waaraan de wetgever geen nadere invulling heeft gegeven. Onder mishandeling valt te verstaan: het aan een ander toebrengen van lichamelijk letsel of pijn zonder dat daarvoor een rechtvaardigingsgrond bestaat (HR 5 juli 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ6690, NJ 2011/466, m.nt. N. Keijzer) en onder omstandigheden ook het bij een ander teweegbrengen van min of meer hevige onlust veroorzakende gewaarwording in of aan het lichaam (HR 12 mei 2015, ECLI:NL:HR:2015:1237; HR 3 februari 2015, ECLI:NL:HR:2015:197 , NJ 2015/99 en HR 9 september 2014, ECLI:NL:HR:2014:2677, NJ 2014/402).
Mishandeling wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of een geldboete van de vierde categorie, welk maximum wordt verhoogd indien de mishandeling zwaar lichamelijk letsel (tot vier jaren) dan wel de dood (tot zes jaren) ten gevolge heeft.
De wetgever heeft in art. 300 lid 4 Sr daaraan toegevoegd dat met mishandeling wordt gelijkgesteld de opzettelijke benadeling van de gezondheid. Het brengen in een (tijdelijke) staat van bewusteloosheid of onmacht in bijzondere omstandigheden kan worden aangemerkt als opzettelijke benadeling van de gezondheid in de zin van art. 300 lid 4 Sr (HR 28 oktober 2014, ECLI:NL:HR:2014:3055, NJ 2014/501).
Poging tot mishandeling is niet strafbaar (art. 300 lid 5 Sr en zie ook HR 10 december 2013, ECLI:NL:HR:2013:1749).
In art. 301 Sr wordt mishandeling met voorbedachten rade, waarvoor een hogere maximum straf geldt, strafbaar gesteld.
Documenten bij dit thema
Wetgeving
Art. 82 Sr
Art. 300 Sr
Art. 301 Sr
Art. 302 Sr
Art. 303 Sr
Art. 304 Sr
Standaardarrest
HR 5 juli 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ6690, NJ 2011/466, m.nt. N. Keijzer
HR 12 mei 2015, ECLI:NL:HR:2015:1237
Belangrijkste uitspraken
HR 28 oktober 2014, ECLI:NL:HR:2014:3055, NJ 2014/501
HR 17 mei 2016, ECLI:NL:HR:2016:862, NJ 2017/67, m.nt. P.A.M. Mevis
HR 9 december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3538
HR 8 juli 2014, ECLI:NL:HR:2014:1609
Literatuur
R. ter Haar, G.H. Meijer & A. Seuters / S.E. van den Brink & R. ter Haar, Leerstukken Strafrecht, Deventer: Wolters Kluwer 2018, 1.11 Mishandeling
J.S. Nan, ‘Ingeblikte wederrechtelijkheid bij mishandeling’, TPWS 2014/10.
M.A.P. Timmerman, 'Religieuze jongensbesnijdenis als mishandeling', Strafblad 2012, afl. 6 (afl. 6, p. 474-483).
S. de Jongh , 'Not all in the game', Adv.bl. 2008, p. 414-417 (afl. 10).
Naslag
C.P.M. Cleiren, T&C Strafrecht, art. 300 Sr, art. 301 Sr, art. 302 Sr, art. 303 Sr, art. 304 Sr
M.A.H. van der Woude, T&C Strafrecht, art. 82 Sr